Dag 7 - Van lavavelden tot zwavellucht

16 september 2016 - Reykjahlíð, IJsland

Geschreven door Merel

Heerlijk even uitslapen en bij het ontbijt hadden wij een prachtig uitzicht over Mývatn. Een heldere dag met een blauwe lucht en enkele wolken;  ideaal om erop uit te gaan. Onze eerste stop was de ‘Krafla area’. We reden de berg op en zagen daar volle, witte rookpluimen de lucht in gaan van de power plants. Het ging om een geothermisch station waar de nodige pijpen het land introkken. Oftewel de betere krachtcentrales. Als je goed keek vanuit de auto zag je stomende stroompjes water. Langs de weg stond ook nog een kleine douche waarschijnlijk met warm zwavelwater. Dit kennen we ook uit ons huisje dus we hebben het niet getest.

Bij de volgende parkeerplaats stapten wij uit. Een lichte zwavelgeur komt je tegemoet zodra je uitstapt. Reden genoeg om de ventilatie in de auto tot een minimum te beperken. Te voet liepen we de paden op die leidden tot een bijna roestbruinige omgeving met de nodige rook. Uit spleten van de aarde kwam de warmte je tegemoet, pluimen van zwavel en stoom. Mark omschrijft het als de brandblaren van aarde. Ergens wel lekker warm. Met het zonnetje in de rug en stoom in de omgeving, kun je makkelijk zonder jas lopen. Wat hebben we toch geluk met het weer. Langs het pad kwamen we een soort ‘foundationachtige klei’ tegen, aldus Mark. En even later moest hij toch iets bekennen... In de klei stond geschreven ‘’Marc Gay’’ een onthulling vooral toen er Mark Gay van gemaakt werd ;) We liepen naar boven en daar zagen we een zwavelpoel borrelen. De modder blies bellen en het melkachtige water borrelde. De pluimen die je doorkruiste roken duidelijk naar zwavel. Reden voor Merel om haar sjaal als mondkapje te gebruiken. Zij liep al snel door terwijl de anderen de poel beter bekeken en fotografeerden. Met een houten trap liepen we verder omhoog en daar kwamen wij aan bij de zwarte lavavelden. Klauteren er overheen, langs een zogenaamd pad, enkel aangegeven met paaltjes met een geel randje die nauwelijks opvielen.  De goed oplettende wandelaar merkt dat er een lichte vloerverwarming is maar de harde lavarotsen voelen toch stug aan.

We lopen verder door de lavavelden en constateren tot ieders opluchting dat niet elke pluim ruikt naar zwavel, maar ook regelmatig gewoon stoom is. De heren klimmen graag tot de top voor een mooi uitzicht. De dames houden zich op of nabij het pad en zoeken naar hoe het pad vervolgt dient te worden. Gelukkig hoeven we niet bang te zijn dat onze schoenzolen smelten.  Zo warm is het ook weer niet en van stromende lava is, helaas, ook geen sprake. Bij het optillen van een lavasteen komen wij erachter dat het bijna gewichtloos is maar zeker sterk. Het voelt scherp als een versteende koraalspons of iets vergelijkbaars. Kleur over het algemeen houtskool. Bijzonder om te zien dat er toch mos groeit op deze gesteente. Het schijnt een zeer vruchtbare steensoort te zijn, al duurt het jaren voordat het echt flink begroeid is.

Bij een tweede parkeerplaats, even verderop stappen wij uit om een vulkaankrater te bezichtigen. Na een korte wandeling zien we het heldere blauwe water in de krater. Een mooie kleur die zomaar verdwijnt, zodra de zon uit beeld is. De krater van Kerid was toch mooier maar desondanks neemt Frank de moeite om het geheel op de foto te zetten vanaf een hoger punt.

Inmiddels is het tijd voor lunch en niet zomaar een. Om een avond koken te voorkomen en toch lekker te eten besluiten wij een hamburger te gaan eten bij Kaffi Borgir. Deze sluit om 16u vandaar onze keuze voor een warme lunch. Kaffi Borgir is een klein cafe boven aan de berg met een mooi uitzicht op Hverfjall (een grote askegel), het meer en herfsttinten in de nabije omgeving. Binnen genieten wij van een Dimmuborgir burger dan wel een Uncle Jacks burger. Zeer smaakvol en de dames genieten van een heerlijke chocolade melk. Met een goed gevulde maag beginnen we aan ong. 2,5km lopen naar Dimmirborgir en ‘The Church;’ een bekende boog in een rots. De heren hebben iets met de muziek van de band die met deze plaats geassocieerd wordt, terwijl de dames het vooral liever niet ermee associeren J Wij genieten van een mooie wandelroute langs allerlei paadjes waar je mooie foto’s kan maken van de omgeving; rotstaferelen, blauwe lucht en de kleurrijke natuur. Onderweg zien wij nog een paar schapen in het wild rondlopen. Leuk om van zo vlakbij de dikke vacht te zien. Eentje staat er klaar om te poseren voor de fotograaf. Na een eindje lopen komen we aan bij het ‘kerkje’.  Mark en Frank genieten ervan om te ontdekken hoe het best een foto te maken in de grot en vervolgens hoe erboven op te geraken. They have the pictures to prove it :) Toch wel een klim die voorzichtig ondernomen dient te worden. Dat blijkt maar weer toen Merel spontaan viel en zich bezeerde aan een stekelige rotspartij. Ach ja, iemand moet de eerste zijn. De wandeling verder afgemaakt en vervolgens terug naar het huisje.

Even relaxen met wat IJslandse chocola; karamel met zout. Best lekker! Na een paar uurtjes ‘bankhangen’ wat we volgens Frank al tijden niet meer doen,eten we wat toast en crackers als avondeten. Daarna besluiten Denice,Frank en Mark er nog op uit te gaan. Merel ontrekt zich aan het geheel want zij gaan naar het  stinkgebied. Een gebied waar de zware zwavellucht als ‘disgusting’ wordt omschreven. Nou veel plezier skunks… ik ben benieuwd hoe het geweest is :)    

Toevoeging van Mark: de skunks zijn weer terug van Hverir, een bijzonder landschap dat dampt en borrelt van de stoom en zwavel. De zwavelgeur was sterker dan we tot nu toe ‘geproefd’ hadden, maar we hadden ons voorbereid op erger; een meevaller! Bijzonder hier is dat er blauwige poeltjes modder aan een stuk door aan het borrelen zijn, in een badje van zwavelzuur waardoor die modder ook gedeeltelijk oplost. Erg interessant voor een chemicus! Uit gaten groot en klein komt ook gewoon stoom vermengd met zwaveldampen omhoog. Hier en daar zijn ook groen/gele zwavelafzettingen te zien. Alles bij elkaar verdient Hverir de notering in de “10 most alien places on earth”. Vlak voordat we teruggingen naar de auto kwamen we nog langs 3 “schoorstenen” die zó hard dampten, dat het een behoorlijk lawaai gaf. Frank en Mark waren wel benieuwd naar de geur in die rookpluim, en vergaten daarbij dat het om stoom van 100 graden celsius gaat… Ze liepen er doorheen, ademden eens in, bemerkten dat het brandde op de huid, en renden er maar snel weer uit! Een gaaf landschap om te ervaren!

Foto’s